Jungle boogie, Vulkanen en mooowter rijden... Ow Ow Sumatra..
Zo we hebben eindelijk een redelijke computer weten te bemachtigen om verslag te doen van onze belevenissen. En jeetje wat hebben we alweer veel meegemaakt na onze laatste post!
Vanuit Bukit Lawang zijn we met 4x4 en chauffeur op weg gegaan naar Tankahan. Een dorpje, (eigenlijk meer 4 hostels) nog dieper in de Sumatraanse jungle. Tankahan ligt op slechts 30 km van Bukit Lawang maar we hebben er met de auto 2,5 uur over gedaan om er te komen. Je kunt je dus een voorstelling maken van de wegen die we hebben moeten trotseren (daar waren de wegen op Cuba echt een autobahn bij vergeleken pap). Echt weer een bijzondere rit.
In Tankahan aangekomen moesten we ons melden bij het visitors centre van middeleeuws kaliber. Daar besloten we een trip per tube naar een waterval te boeken, een ritje op de aanwezige olifanten en aansluitend olifanten wassen. We konden dit echter niet boeken voor de volgende dan want dan waren de olifanten op patrouille. We hebben dus besloten een dagje niks te doen in Tankahan en de dag erna de activiteiten te ondernemen. De meiden bij het visitors centre waren (zoals eigenlijk alle Sumatranen tot nu toe) ontzettend aardig en onder de indruk van ons blanca's. Het was vrij hilarisch dat ze ons vroeg of ' vegatables' waren in verband met de inbegrepen lunch. Ook vroegen de dames zich af of Ben misschien olifanten at omdat hij zo groot is. Verder vond ze mijn neus prachtig. Toen ik zei dat ze die best mocht hebben leverde dat weer een hoop gegiechel op.
De dag na onze reis naar Tankahan zou dus een relax dagje worden. Dat is tot op zekere hoogte gelukt tot Ben besloot als een heuse Tarzan in de rivier te gaan zwemmen. Vlak bij onze kamer was een trap naar benenden richting de rivier. Toen Ben deze afliep zag hij een paar langstaart Makaak aapjes eten. Niets aan de hand, ze sprongen snel opzij toen ze de twee meter aan zagen komen lopen. Toen bedacht Ben alleen dat hij iets vergeten was en wilde hij de trap weer op lopen. Bij de trap zat nu echter het 'Makaken opperhoofd'het grootste mannetje (wat nog altijd minstens 4x kleiner was dan Ben). Ben dacht dat het mannetje wel weg zou gaan als hij er opaf zou lopen. Het aapje was echter iets territorialer aangelegd dan gedacht en was niet van plan deze 2 meter lange concurrentie in zijn gebied te dulden. Terwijl Ben op het aapje afliep en tot op 2,5 meter genaderd was maakt het aapje zich groot, liet het zijn tanden zien en een ongelooflijke brul horen. Toen het aapje ook nog in Ben's richting begon te bewegen maakte Ben dat hij weg kwam. Hij sprong de 3 meter hoge trap af en rende de rivier in. Een local die lag te slapen schrok wakker en redde ben van het Makaak monster door stenen naar het aapje te gooien. Vanaf nu loopt Ben alleen nog door de jungle gewapend met een stok om een eventuele apen aanval af te slaan. Al met al toch nog een enerverend dagje jungle dus.
Ook de nacht in de jungle was bijzonder. Behalve de apen op het dak was er dit keer nog een jungle bewoner die ons wakker hield. Wij waren ervan overtuigd dat er achter onze kamer een kippenhok was omdat we de hele nacht door (zo voelde het tenmiste) om de 5 minuten wakker werden van een soort gekakel. Toen we echter de volgdende dag gingen kijken was er niets. De eigenaar van de lodge lachte ons hard uit toen we dit vertelde want het geluid bleek afkomstig van een Gekko... Oke weer wat geleerd. Ik raad het dan ook sterk af een Gekko als huisdier te nemen mocht iemand van jullie dat overwegen.
Toen was de dag der dagen dan eigdelijk aangekomen... We gaan olifanten wassen!!! Maar eerst was het nog tijd om met een tube (band) de prachtige rivier af te dalen naar een schitterende waterval. Tijdens de gehele tocht zijn we helemaal niemand tegen gekomen en we hadden dus de waterval helemaal voor onszelf. Echt te gek! Na de lunch was het dan eindelijk tijd voor de olifanten. Door de rivier kwamen ze vanaf het olifanten kamp ons ophalen. Echt heel indrukwekkend. En toen mochten we er op. We waren samen met een Zwitsers stel dus het was heel relaxed en totaal niet druk en mega tourisitisch. We gingen samen met een gids op de olifant Yuni. De gids ging heel relaxed met de olifanten om en er was echt te merken dat ze goed verzorgd werden. Dat was wel heel erg fijn. Door de rivier liepen we terug naar het olifanten kamp. Echt super. Ik mocht ook nog een tijdje op het hoofd van de olifant zitten (daar zit de gids normaal waarvandaan hij met zijn voeten tegen de oren van de olifant stuurt). Heel indrukwekkend hoe groot en sterk de beesten zijn. De ongelooflijke stroming in de rivier is geen probleem voor de prachtige beesten. Aangekomen bij het olifantenkamp is het tijd voor een bad voor de olifanten waar we mee op patrouille geweest waren en de andere olifanten van het kamp inclusief een heel klein ondeugend pasgeboren olifantje. Het wassen van de olifanten is echt fantastisch. We hebben heel erg gelachen en de olifanten schenen het zelf ook echt lekker te vinden. Na het wassen zijn we per tube terug gegaan naar ons hostel. Al met al echt een fantastische ervaring.
De volgende dag zijn we samen met een heel leuk Engels stel vertrokken richting Berastagi. Met zijn vieren hebben we een auto geregeld die ons direct naar Berastagi zou brengen, een trip van ongeveer 4 uur.Uiteindelijk hebben we er 6,5 uur over gedaan omdat onze chauffeur een shortcut wist die dus niet heel erg short was. Weer hebben we ons verbaasd over de Sumatraanse wegen en het verkeer maar we hebben het overleefd. Samen met onze Engelse vrienden hebben we in een lokaal restaurant gegeten waar niemand een woord Engels sprak. Met handen en voeten hebben we de ongelooflijk vriendelijke Moslima's duidelijk kunnen maken wat we wilden en we hebben heerlijk gegeten. Berastagi is een vrij grote stad waar heel weinig blanca's komen. Om de twee seconden moeten we op de foto.
De dag na aankomst in Berastagi besluiten we de Sibayak vulkaan te gaan beklimmen. Dit is de minst grote vulkaan die makkelijk zonder gids bedwongen kan worden dus vol goede moed gaan we op weg. Het is een klim van ongeveer 3 uur naar de top die in het begin inderdaad vrij gemakkelijk is. Gewoon de weg volgen. Maar op een gegeven moment zouden we aan de linker kant een witte trap moeten zien volgens de mensen die we gesproken hadden in het hostel en het visitors centre van de vulkaan. Het blijkt dat het Sumatraanse begrip 'trap' iets anders is dan het Nederlandse. Een verzameling blubber met hier en daar een verdwaalde steen met een hellingspercentage varierend van 30 tot 70% is hier dus een trap. Al snel beginnen we de zwavel lucht van de vulkaan te ruiken en zien we de rook. Vanuit de jungle komen we dan plotseling terrecht ineen indrukwekkend maanlandschap waar het stinkt naar rotte eieren en de stenen geel kleuren van de zwavel. De klim naar beneden is ook weer interessant. We hadden gelezen dat het leuk is om aan de andere kant dan waar we de vulkaan hadden beklommen naar beneden te gaan door de jungle. Weer moesten we opzoek naar een trap. Deze keer ontbraken de stenen en was er alleen blubber maar de twee uur durende tocht was wel heel indrukwekkend omdat we midden in een groot bamboebos terrecht kwamen.
De dag na onze beklimming zijn we opweg gegaan naar Danau Toba. Een bizar groot vulkanisch meer midden in Sumatra. Het hostel in Berastagi verzekerd ons dat we een directe taxi naar Danau Toba hebben geregeld die ongeveer 5 uur zou duren. We worden samen met 5 andere touristen in een busje gepropt over de slinger wegen opweg naar het meer. Plotseling stoppen we bij een Batak (een indonesisch volk) dorp en wij snappen niet echt waarom. De andere touristen stappen echter uit en beginnen foto's te maken. Oke prima denken wij als we maar snel weer opweg gaan. Dan stoppen we ook nog bij een waterval, een Batak koningshuis en houden we een uitgebreide lunch. Wij begrijpen er niets van dan iedereen overal rustig de tijd neemt. WIj willen gewoon zo snel mogelijk naar het meer. Maar wanneer we Parapat bereiken waarvandaan een boot ons naar tuktuk op het eiland Samosir gaat brengen komt de Makaak uit de mouw. De rest van onze bus heeft voor 150.000 roepiah een tour geboekt en wij voor 100.000 roepiah een directe taxi. Vandaar dat we wat verschillende verwachtingen van de trip hadden. Maar uiteindelijk zitten we met z'n allen op de boot en wordt het heel gezellig. We besluiten met elkaar een guest house te zoeken en vinden een mooi plekje aan het meer.
De volgende dag besluiten Ben en ik een motor te huren om het eiland te gaan verkennen. Het begrip scooter of brommer kennen ze hier niet dus het moet direct een 110cc worden maar opzich gaat dat prima. Veel sneller dan gedacht zijn we vanuit tuktuk via de oevers van het meer het halve eiland al over gereden langs prachtige rijstvelden en batak gebouwtjes. Als we aan de andere kant van het eiland zijn stel ik voor door het binnenland terug naar Tuktuk te gaan. We hebben nu immers steeds langs het water gereden en het is nog vroeg. Al snel wordt de weg aardig slecht maar zo ver kan het niet zijn denken we. En het wordt vast wel beter... Turns out ... It didn't... Het werd alleen erger en erger. We raakten volledigverdwaald terwijl er maar een paar wegen zijn op het eiland. Wel vragen we steeds aan locals of de de goede kant op gaan, dat wel maar hoelang het duurt voor we aan de andere kant zijn verteld niemand er bij. Na een paar uur bevinden we ons in the middle of nowhere op een blubber pad, van een weg kan niet meer gesproken worden en hebben we voor ons gevoel al uren lang geen mensen meer gezien. Tot overmaat van ramp begint het te regenen en regen op Sumatra is echt indrukwekkend. Om de twee seconden moeten we van de motor afstappen omdat het echt onmogelijk is te rijden op de slechte wegen en uiteindelijk doen we 3,5 uur over 20 kilometer. Maar er blijkt licht aan het einde van de tunnel (eigenlijk aan het einde van het donkere bos op Samosir) en we vinden een weg met asfalt!! Met de tank bijna leeg belanden we godzijdank zonder kleerscheuren weer in Tuktuk waar we de motor snel inleveren en aan de Bintangs en gegrilde visjes gaan. Die gegrilde visjes hier zijn trouwens echt bizar lekker, en verser wordt het niet! echt super.
Vandaag hebben we wat was gedaan, dit hele verhaal getypt en uitgezocht hoe we hiervandaan naar Java kunnen komen wat voor morgen op de planning staat. Waarschijnlijk moeten we morgen met de boot naar Parapat, dan met de bus naar Medan waar we hopelijk een vlucht richting Java kunnen krijgen. Dus binnekort weer een verhaal maar dan vanaf een ander eiland!
Liefs Ben & Marieke
we leven nog!
Monkey business!!!
Dag lieverdjes in NL!!!
Na een lange slopende reis zijn we aangekomen in Indonesie. De eerste nacht op Doha airport was vrij beroerd maar de nacht erna op het vliegveld van Kuala Lumpur zo mogelijk nog erger. Maar we hebben het gehaald!
Aangekomen in Medan op Sumatra op zondag hebben we direct een bus gepakt naar Bukit Lawang waarvandaan we de jungle in konden op zoek naar Orang Oetans. Onze eerste aanraking met het verkeer op Sumatra was direct interessant. De lokale bus waarin wij direct na aankomst op het busstation werden gepropt bracht ons in een recordtijd van 2 uur en 3 kwartier naar Bukit Lawang (in de lonely planet werd aangegeven dat de reis met een lokale bus ongeveer vier uur in beslag zou nemen). Gevolgen van deze recordtijd: 1 aanrijding, 4 noodstop, 1 bijna aanrijding een vechtpartij met een boze medeweggebruiker en 48 bijna doodervaringen.... maar ondanks dit vonden wij die busreis alletwee geweldig. Vanaf de straat werd er door de lokale bevolking voortdurend naar ons gezwaaid en ook de andere pasagiers waren zeer geinteresseerd in die twee blanca's.
Aangekomen in Bukit Lawang werden we direct, nog in de bus, opgepikt door een gids. We hadden daar eigenlijk geen zin in maar hij gaf ons de aanbeveling naar de rain forest homestay te gaan en daar wilden we toch al naartoe. Dus we hebben ons erheen laten brengen op een brommertje met zijspan inclusief chaffeur, gids, Ben, Marieke, Backpack 1, Backpack 2, handbagage 1 en handbagage 2. Een dolle boel dus op dat brommertje. Aan gekomen hebben we voor 5 euro een kamer kunnen krijgen met uitzicht op de rivier, apen op het dak en jawel een heuse gedeelde mandi! Poepen zonder wc papier blijft spannend maar we worden er al beter in! Ben is vandaag voor het eerst zonder stront in zijn haren teruggekomen uit dat natte hok en gaat dus met grote sprongen vooruit.
Zondag zijn we met onze gids (hij heet Jansen haha) een nederlands en een spaans stel de jungle in getrokken. Echt een bizar mooie ervaring om nooit meer te vergeten.
Al vrij snel bleek dat een wandeling door de jungle niet te vergelijken is met een wandeling door de vlindertuin van Blijdorp. Hoewel de vochtigheid en temperatuur vergelijkbaar zijn leggen de sumatranen zeer beroerde paden aan in de jungle. Een hike van ongeveer 8 uur zorgt er dus voor dat op dit moment, twee dagen later, marieke nog steeds moeite heeft met het beklimmen van trappen. Ook blijkt dat geopereerd worden een redelijke impact heeft op je lichaam zonder dat je dat echt merkt. Ergens halverwege de dag was Ben al helemaal kapot. Er is een foto (die we vanwege de erg trage verbinding hier niet kunnen oploaden) beschikbaar die toont hoe halfdood zijn eruit ziet. Het was dus zwaar, echt heel erg zwaar maar het was het totaal waard.
Na een klein stukje lopen in het Gunung Leuser national park kwamen we namelijk onze eerst Orang Oetans al tegen, een vrouwtje met een baby... Echt zoooooo fantastisch. Ze zijn echt schitterend, en groot! Onze volgende ontmoeting was met een volledig wild mannetje. Hier werd het pas echt spannend. Het grote oranje monster probeerde namelijk een volledige boom op ons hoofd te gooien. Gedurende de hike was het verschil tussen volledig wilde en gerehabiliteerde Orang Oetans al snel duidelijk. De wilde zaten veel hoger in de bomen en de gerehabiliteerde kwamen zo dichtbij dat een van onze reisgenoten zelfs bij de arm werd gepakt door Orang Oetan 'Jackie'. Nadeel was dat ze een kwartier lang zijn arm vast bleef houden en de arme Spanjaard niets anders kon doen dan achter haar aan hobbelen. Onze ontmoeting met Orang Oetan Mina was ook noemenswaardig. Mina is een berucht en zeer agressief vrouwtje wat plotseling op ons pad zat. Jansen raakte zichtbaar in paniek van haar plotselinge aanwezigheid: 'turn around and move back!!! faster.... faster!!!! Dont run!!!! dont panic!!! FASTER FASTER!! Het blijkt als toerist in de jungle erg moeilijk te zijn om bij het zien van een agressieve aap en een gids die erg wisselende signalen afgeeft niet in paniek te raken of niet te gaan rennen. De paniek van Janssen was echter wel begrijpelijk hij was al 2 keer flink door deze orang oetan 'mina' verwond). Maar uiteindelijk wist hij haar van het pad te lokken en konden we zonder kleerscheuren langs haar komen. Na een bizarre nacht met storm in een tentje van bamboo en plastic zijn we de volgende dag per tube terug gegaan naar Bukit Lawang.
Nu gaan we om 13.00 per 4x4 naar Tankahan, nog dieper de jungle in, om daar hopeijk olifanten te mogen wassen en mee te mogen op olifanten patrouille.
We hopen dat met jullie alles goed gaat en blijf reacties sturen! ook al reageren we niet we vinden het super leuk maar met de internet verbindingen hier is alles beantwoorden lastig ook onze telefoons werken nauwelijks en we hebben nog geen lokaal nummer kunnen regelen.
Liefs Ben en Marieke
Het mooiste van reizen is....
Na een kleine tegenslag in onze reisvoorbereiding, met een kort verblijf op een operatiekamer en in het ziekenhuis vanwege een dwarse blindedarm lig ik op de bank tv te kijken. Een reclame trekt
schreeuwerig mijn aandacht met de zin: 'het mooiste van reizen is....' vol spanning wacht ik af, want.... uiteraard ben ik met onze trip van vier maanden voor de boeg zeer benieuwd naar wat volgens
reclamemakend Nederland het mooiste van reizen is.
Ik verwacht een minutenlange opsomming waarin het ontdekken van andere culturen, het ontmoeten van nieuwe mensen en het heerlijke vrije gevoel de belangrijkste punten zullen zijn. Van dit
droombeeld blijkt, volgens hen, echter helemaal niets te kloppen. Want, het mooiste van reizen blijkt te zijn.... het thuiskomen.
Nou daar zijn we lekker mee dan. Vier maanden lang met een tas van twintig kilo door de tropische hitte stappen, tientallen keren aan de schijt gaan, opgevreten worden door bloedzuigers en malariamuggen, toiletten (gaten) zonder wc papier trotseren voor alleen dat ene moment... het thuiskomen. Als Marieke de kamer binnenloopt vraag ik haar waarom we ook alweer vier maanden weg gaan. Als het mooiste aan reizen het thuiskomen is, was een weekendje schubberkuttenveen wellicht ook voldoende geweest? Lekker dichtbij, al die inentingen niet nodig, hagelslag en drop in de supermarkt....
Maar dan bedenk ik dat ik nog nooit een reclame geloofd heb en dat nu een slecht moment is om daar mee te gaan beginnen. Marieke en ik gaan daarom uiteraard niet naar schubberkuttenveen maar vliegen daarom aanstaande vrijdag om 16.00 vanaf brussel naar Medan en dan zullen we zelf wel eens gaan ervaren wat het mooiste aan reizen is. En iets zegt me dat wij het mooiste aan reizen zeker niet het thuiskomen gaan vinden.....
Welkom op mijn Reislog!
Hallo en welkom op mijn reislog!
Dé plaats om op de hoogte te blijven van alle avonturen en ervaringen tijdens deze reis. Vanaf nu zul je hier dan ook regelmatig nieuwe verhalen en foto's vinden, en via de kaart weet je altijd precies waar ik me bevind en waar ik ben geweest! Meer informatie over mijzelf en de reis die ik ga maken vind je in het profiel.
Wil je automatisch een mailtje ontvangen wanneer er een nieuw verhaal of een nieuwe fotoserie op deze site staat? Meld je dan aan voor mijn mailinglijst door je e-mail adres achter te laten in de rechter kolom.
Ik zie je graag terug op mijn reislog en laat gerust af en toe eens een berichtje achter!
Leuk dat je met me meereist!
Groetjes,
Marieke